Zians-Haas Advocaten
Zians-Haas Rechtsanwälte

Gedragsregels van niveau 2 voor verzekeringsondernemingen en tussenpersonen

21.03.2014

Het ‘KB van 21 februari 2014 over de gedragsregels van niveau 2’ maakt het grootste deel van de gedragsregels die in het ‘KB van 3 juni 2007’ staan, vanaf 30 april 2014 ook van toepassing op alle verzekeringsovereenkomsten, inclusief de spaar- of beleggingsverzekeringen.



Daarnaast verklaart het KB van 21 februari 2014 een ander deel van deze gedragsregels vanaf 30 april 2014 enkel van toepassing op de spaar- en beleggingsverzekeringen. En sommige van deze regels gelden vanaf dan zowel voor de spaar- of beleggingsverzekeringen als voor de andere soorten verzekeringsovereenkomsten.

KB van 3 juni 2007
Het ‘KB van 3 juni 2007’ heeft een deel van de Europese MiFID-richtlijn omgezet in Belgisch recht.
Definities
Het ‘KB van 21 februari 2014 over de gedragsregels van niveau 2’ somt een aantal definities op waarvan de meeste analoog zijn aan die in het ‘KB van 21 februari 2014 over de gedragsregels van niveau 1’.
De overige definities zijn gebaseerd op het KB van 3 juni 2007, maar aangepast aan de verzekeringssector. Zo voert het nieuwe KB onder meer een definitie in van het begrippen ‘relevante persoon’ en ‘grote risico’s’. 
Toepassingsgebied KB
Het KB over de gedragsregels van niveau 2 is van toepassing op elke ‘verzekeringsonderneming sensu lato’ en op elke andere verzekeringstussenpersoon dan een verbonden verzekeringsagent. Die verzekeringsondernemingen en -tussenpersonen worden in dit KB aangeduid met de gemeenschappelijke benaming ‘dienstverlener’.
Een ‘verzekeringsonderneming sensu lato’ is een verzekeringsonderneming, samen met haar verbonden verzekeringsagenten en de verzekeringssubagenten die onder de verantwoordelijkheid van die verbonden verzekeringsagenten vallen.

Bij het verrichten van verzekeringsbemiddelingsdiensten voor cliënten moet elke verzekeringsonderneming of elke verzekeringstussenpersoon alle verplichtingen naleven die in het KB over de gedragsregels van niveau 2 zijn vastgelegd.

Dat KB somt ook de gedragsregels uit het KB van 3 juni 2007 op die niet van toepassing zijn als een verzekeringsbemiddelingsdienst betrekking heeft op de dekking van grote risico’s.
Regels voor alle verzekeringsovereenkomsten, incl. spaar- en beleggingsverzekeringen
Het KB over de gedragsregels van niveau 2 verduidelijkt de voorwaarden waaronder de dienstverleners informatie mogen verstrekken aan cliënten. Het gaat hierbij onder meer om de voorwaarden waarin de dienstverleners de informatie niet persoonlijk aan de cliënt richten, maar via een website verstrekken. Onder bepaalde voorwaarden zouden de dienstverleners hun cliënten ook via een website de (beknopte) beschrijving kunnen bezorgen van hun belangenconflictenbeleid.

Vergoeding, provisie, niet-geldelijk voordeel

De dienstverleners worden niet geacht zich op loyale, billijke en professionele wijze voor de belangen van cliënten in te zetten als ze, voor het verrichten van een verzekeringsbemiddelingsdienst voor een cliënt, een vergoeding of provisie betalen of ontvangen, dan wel een niet-geldelijk voordeel verschaffen of aannemen, tenzij het gaat om:
een vergoeding, provisie of niet-geldelijk voordeel betaald of verschaft aan of door de cliënt of een persoon die namens de cliënt handelt; 
een vergoeding, provisie of niet-geldelijk voordeel betaald of verschaft aan of door een derde of een persoon die namens een derde handelt, wanneer aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan;
passende vergoedingen die de verrichting van verzekeringsbemiddelingsdiensten mogelijk maken of daarvoor noodzakelijk zijn, zoals wettelijke heffingen, juridische kosten en herverzekeringspremies, en die van nature niet strijdig zijn met de plicht van de dienstverlener om zich op loyale, billijke en professionele wijze in te zetten voor de belangen van haar cliënten.

Algemene informatie

De dienstverleners verstrekken (potentiële) cliënten ook algemene informatie, zoals:
hun naam, adres en ondernemingsnummer;
de talen waarin de cliënt met hen kan communiceren;
een verklaring waarin staat dat ze over een vergunning beschikken of zijn ingeschreven;
de aard, de frequentie en het tijdschema van de rapporten die ze aan de cliënt moeten toesturen over de verzekeringsbemiddelingsdienst die ze voor de cliënt verrichten of de verzekeringsovereenkomsten die de cliënt met hen heeft gesloten;
een algemene beschrijving (in beknopte vorm) van het belangenconflictenbeleid dat ze voeren.

Kosten en bijhorende lasten

De dienstverleners bezorgen hun (potentiële) cliënten vóór de verrichting van een verzekeringsbemiddelingsdienst of op elke vervaldag van een verzekeringsovereenkomst, informatie over de kosten en bijhorende lasten. De FSMA verduidelijkt in een reglement de inhoud van deze informatieverstrekking.
Regels voor alle andere verzekeringsovereenkomsten dan spaar- en beleggingsverzekeringen
De dienstverleners zorgen ervoor dat alle informatie, inclusief publicitaire mededelingen, die zij richten aan (potentiële) cliënten of zodanig verspreiden dat ze waarschijnlijk door deze cliënten wordt ontvangen, voldoet aan volgende voorwaarden:
deze informatie bevat de naam van de dienstverlener;
de informatie is accuraat en benadrukt de mogelijke voordelen van een verzekeringsbemiddelingsdienst of -overeenkomst niet zonder een correcte en duidelijke indicatie van de mogelijke risico’s;
de informatie is toereikend en wordt begrijpelijk voorgesteld;
belangrijke zaken, vermeldingen of waarschuwingen worden niet verhuld, afgezwakt of verdoezeld;
als in de informatie verzekeringsbemiddelingsdiensten, verzekeringsovereenkomsten of personen die verzekeringsbemiddelingsdiensten verrichten, onderling worden vergeleken:
-
moet de vergelijking zinvol zijn, en correct en evenwichtig worden voorgesteld;
-
moeten de voor de vergelijking gebruikte informatiebronnen worden vermeld;
-
moeten de voornaamste voor de vergelijking gebruikte feiten en hypothesen worden vermeld;
als de informatie naar een bepaalde fiscale behandeling verwijst, wordt duidelijk aangegeven dat deze behandeling afhangt van de individuele omstandigheden van een cliënt en aan wijzigingen onderhevig kan zijn;
in de informatie wordt de naam van de FSMA of een andere bevoegde autoriteit niet zodanig gebruikt dat daarmee wordt aangegeven of gesuggereerd dat deze autoriteit de verzekeringsovereenkomsten of de verzekeringsbemiddelingsdiensten van de dienstverlener steunt of aanbeveelt.

 

Vooraleer een (potentiële) cliënt een verzekeringsovereenkomst afsluit, of vóóraleer ze verzekeringsbemiddelingsdiensten voor deze cliënt verrichten, bezorgen de dienstverleners de voorwaarden van een dergelijke overeenkomst aan deze (potentiële) cliënt, samen met de verplichte algemene info over deze overeenkomst of deze diensten. Ze verstrekken deze informatie op papier, op een andere duurzame drager of via een website.
In sommige gevallen mogen dienstverleners een cliënt deze informatie onmiddellijk verstrekken nadat deze aan een verzekeringsovereenkomst is gebonden, en mogen ze hem de vereiste informatie onmiddellijk na de aanvang van de dienstverlening inzake verzekeringsbemiddeling verstrekken.

De dienstverleners brengen de cliënt tijdig op de hoogte van ingrijpende wijzigingen in de te verstrekken informatie die van belang zijn voor een dienst die ze voor hem verrichten. Ze zorgen ervoor dat informatie in een publicitaire mededeling overeenstemt met alle andere informatie die ze in het kader van de verrichting van verzekeringsbemiddelingsdiensten aan cliënten verstrekt.

Wanneer een publicitaire mededeling een bepaald aanbod of een bepaalde uitnodiging bevat en aangeeft hoe kan worden gereageerd, of een reactieformulier bevat, moet nog extra info worden opgenomen die voor dit aanbod of deze uitnodiging van belang is. Het gaat hierbij om:

een aanbod om een verzekeringsovereenkomst of een overeenkomst over de verrichting van een verzekeringsbemiddelingsdienst voor iemand die op de publicitaire mededeling reageert, te sluiten;
een uitnodiging om diegene die op de publicitaire mededeling reageert, een aanbod te doen om een verzekeringsovereenkomst of een overeenkomst over de verrichting van een verzekeringsbemiddelingsdienst te sluiten.
Regels voor spaar- en beleggingsverzekeringen
De dienstverleners zorgen ervoor dat alle informatie, inclusief publicitaire mededelingen, die zij richten aan (potentiële) cliënten of zodanig verspreiden dat ze waarschijnlijk door deze cliënten wordt ontvangen, voldoet aan bepaalde voorwaarden. Deze voorwaarden zijn grotendeels dezelfde als degene die gelden voor alle andere verzekeringsovereenkomsten (zie hierboven).
Maar er gelden extra voorwaarden als de informatie:
een indicatie bevat van de in het verleden met een spaar- of beleggingsverzekering, een financiële index of een verzekeringsbemiddelingsdienst behaalde resultaten;
gesimuleerde, in het verleden behaalde resultaten bevat of daarnaar verwijst (de info moet dan betrekking hebben op een spaar- of beleggingsverzekering of een financiële index, en moet aan bepaalde voorwaarden voldoen);
gegevens over toekomstige resultaten bevat.

Aard en risico’s spaar- en beleggingsverzekeringen

De dienstverleners verstrekken (potentiële) cliënten een algemene beschrijving van de aard en risico’s van de spaar- of beleggingsverzekeringen, met een toelichting die gedetailleerd genoeg is om de cliënt in staat te stellen met kennis van zaken spaar- of beleggingsbeslissingen te nemen. De beschrijving van de risico’s omvat ook:
de risico’s die verbonden zijn aan het soort spaar- of beleggingsverzekering, waaronder een uitleg over de hefboomwerking en de gevolgen daarvan, en het risico dat de spaartegoeden of de hele belegging volledig verloren gaat;
de volatiliteit van de inventariswaarde van dergelijke verzekeringen en eventuele beperkingen van de mogelijkheden om een einde te stellen aan de overeenkomst over de betrokken spaar- of beleggingsverzekering;
het feit dat een cliënt ingevolge transacties in dergelijke spaar- of beleggingsverzekeringen naast de aanschaffingskosten van die verzekeringen extra financiële en andere verplichtingen zou kunnen aangaan.
De FSMA kan in een reglement de precieze bewoordingen of de inhoud van deze vereiste beschrijving van de risico’s nader regelen.

Wanneer de risico’s die verbonden zijn aan een spaar- of beleggingsverzekering die uit 2 of meer verschillende spaar- of beleggingsverzekeringen bestaat, groter zijn dan de aan elk van de afzonderlijke componenten verbonden risico’s, verstrekt de dienstverlener een adequate beschrijving van de componenten van de spaar- of beleggingsverzekering en van de risicoverhogende wisselwerking daartussen.

Bij spaar- of beleggingsverzekeringen met een door een derde verstrekte garantie, bevat de informatie over de garantie voldoende bijzonderheden over de garantiegever en de garantie zodat de (potentiële) cliënt zich een behoorlijk beeld zou kunnen vormen van de garantie.

De dienstverlener moet van zijn (potentiële) cliënten alle informatie krijgen die hij nodig heeft om inzicht te verwerven in de belangrijkste feiten over die cliënten en om er te kunnen van uitgaan dat de specifieke transactie die hij zal aanbevelen aan volgende criteria voldoet:

de spaar- of beleggingsverzekering voldoet aan de spaar- of beleggingsdoelstellingen van de cliënt;
de cliënt kan, in overeenstemming met zijn spaar- of beleggingsdoelstellingen, alle met die transactie samenhangende risico’s financieel dragen;
de cliënt beschikt over de nodige ervaring en kennis om te begrijpen welke risico’s aan de transactie verbonden zijn.

Daarnaast omschrijft het KB nog welke elementen de informatie over de financiële situatie van de (potentiële) cliënt moet bevatten en welke gegevens de informatie over de spaar- en beleggingsdoelstellingen van de (potentiële) cliënt moet bevatten.

De dienstverlener oordeelt op basis van de ontvangen informatie of de spaar-of beleggingsverzekering passend is voor de (potentiële) cliënt.

Belangenconflicten
De dienstverleners moeten maatregelen treffen om belangenconflicten te onderkennen die zich, bij het verrichten van verzekeringsbemiddelingsdiensten, voordoen tussen henzelf, met inbegrip van hun bestuurders, effectieve leiders en werknemers of een persoon die rechtstreeks of onrechtstreeks door een zeggenschapsband met hen verbonden is, en hun cliënten of tussen hun cliënten onderling. Deze verplichting geldt ook voor de verzekeringstussenpersonen.

Indien de regelingen voor het beheer van belangenconflicten die een dienstverlener treft ontoereikend zijn om te mogen aannemen dat het risico zal worden voorkomen dat de belangen van de cliënt worden geschaad, deelt de dienstverlener op een duidelijke manier de aard en/of de bronnen van die belangenconflicten aan de cliënt mee vooraleer hij voor zijn rekening zaken doet.

Het nieuwe KB somt ook de minimale criteria op waarmee de dienstverleners rekening moeten houden bij de bepaling van de soorten belangenconflicten die zich bij het verrichten van verzekeringsbemiddelingsdiensten kunnen voordoen en de belangen van een cliënt van de dienstverlener kunnen schaden. Eén van die criteria verwijst naar de volgende situatie: de dienstverlener ontvangt van een andere persoon dan de cliënt een voordeel voor een ten behoeve van de cliënt verrichte dienst, of zal een dergelijk voordeel ontvangen.

De dienstverlener moet een effectief beleid inzake belangenconflicten vaststellen, implementeren en in stand houden. Behoort de dienstverlener tot een groep, dan moet dit beleid ook rekening houden met de omstandigheden waarvan hij weet dat ze een belangenconflict kunnen doen ontstaan als gevolg van de structuur en bedrijfsactiviteiten van andere leden van de groep.

De dienstverleners zijn ook verplicht om de gegevens bij te houden en te actualiseren die betrekking hebben op de soorten verzekeringsbemiddelingsdiensten die door hen of in hun naam worden verricht en waarbij een belangenconflict is of kan ontstaan waarmee de belangen van een of meer cliënten kunnen geschaad worden.

In werking
Het KB van 21 februari 2014 treedt in werking op 30 april 2014.
Het is van toepassing op de verrichtingen die vanaf 30 april 2014 worden uitgevoerd of plaatsvinden op het Belgisch grondgebied.
Bron:Koninklijk Besluit van 21 februari 2014 inzake de krachtens de wet vastgestelde gedragsregels en regels over het beheer van belangenconflicten, wat de verzekeringssector betreft, BS 7 maart 2014 (KB over de gedragsregels van niveau 2).

<< ga terug